Ongewervelde dieren
Menu
Leefgebieden
Menu
Europa en Azië.
Klasse: Aves (vogels)
Orde: Passeriformes (zangvogels)
Familie: Corvidae (kraaien)
Onderfamilie: Garrulinae (gaaien)
Geslacht en soort: Garrulus glandarius (Vlaamse gaai)
Door de blauw gestreepte kleuren op de zijvleugels lijkt de Vlaamse gaai een aparte soort te zijn. Toch is hij familie van de kraaien. Van oorsprong een schuwe bosvogel is hij nu een algemeen voorkomende vogel in parken en tuinen. Gaaien kunnen goed de geluiden van andere vogels imiteren, zelfs ook de menselijke stem.
De Vlaamse Gaai wordt beschouwd als de bosbouwer onder de vogels. Deze naam heeft hij te danken aan de eigenschap eikels, beukennootjes en dergelijke te begraven, om deze in voedselarme tijden, zoals de winter, weer op te graven. Ze kunnen wel zes tot acht eikels tegelijk achter hun wangen verbergen om die op een geschikte plek te begraven. Deze vruchten worden lang niet allemaal teruggevonden in de winter. De vergeten zaden kunnen dan ontkiemen en voor bosverjonging zorgen.
De Vlaamse gaai heeft een slechte naam als rover van eieren en nestjongen van zangvogels. Het voedsel van de Vlaamse gaai bestaat overigens voor het grootste deel uit insecten, zaden en vruchten.
Het broedseizoen valt in april – mei en dan bouwen ze op 1,50 m – 6 m hoogte een nest in een boom. Het wordt van takjes en een beetje aarde gemaakt en met fijne worteltjes bekleed. Er worden 4 – 6 eieren in gelegd. Deze zijn groen tot licht bruingeel met fijne donkere spikkeltjes en getekend met flinterdunne lijntjes. De ouders broeden gedurende 16 dagen en de jongen worden na het uitkomen van de eieren nog 8 weken gevoerd.
Ongewervelde dieren
Leefgebieden
Beesies.nl – 2022